Op weg naar een nieuw eiland; Sulawesi!
Blijf op de hoogte en volg Matthijs en Lisette
19 Augustus 2014 | Indonesië, Manado
Op het ergste voorbereid stappen we om 12:00 uur in de shuttlebus richting het zuiden van Bali, naar Kuta. Druk en toeristisch zijn de reacties van andere reizigers die Kuta bezocht hebben, we zijn dus benieuwd.
's Ochtends zijn we vroeg op gestaan omdat we naar Sjaki-Tari-Us wilden gaan. Dit is een school is voor mensen met een geestelijke beperking en opgericht door een Nederlander. Ook helpen ze de ouders hun kinderen beter te begrijpen.
De jongste groep was net klaar met de les en werd afgewisseld door de oudere groep. Onder een kopje koffie zagen we de jongste groep lekker spelen in de grote ruimte voor het klaslokaal. Een klein jongetje had al heel snel een zwak voor Lisette. Het jongetje was niet meer bij haar weg te slaan. En als Matthijs in de buurt kwam, liep hij snel weg. In voetballen, puzzelen of glijden van de glijbaan had hij geen zin. Volgens de begeleidster had het jongetje nog nooit zo'n mooi meisje gezien. En ja, daar kon Matthijs hem alleen maar gelijk in geven...
Het is goed om te zien dat er mensen zijn die zich echt inzetten voor anderen en voor mensen die het minder hebben dan wij. Dit is daar een goed voorbeeld van. In minder ontwikkelde landen (zoals Indonesië) staan dit soort diensten - die voor ons heel vanzelfsprekend zijn - nog in de kinderschoenen. Deze kinderen krijgen zo een plek in de maatschappij, die er hier voorheen niet was. Vol bewondering hebben we ons de hele ochtend vermaakt in Sjaki-Tari-Us.
Kuta is eigenlijk gewoon een soort Cherso of Lloret, Matthijs voelde zich dus al snel thuis (het is dat hij met zijn vriendin op reis is, anders...). Alleen is het allemaal wel een stukje drukker, hectischer en chaotischer dan al onze Europese vakantie-oorden bij elkaar. Waarschijnlijk door het verkeer, dat lijkt op dat van Jakarta. De stad is opgebouwd uit alleen maar toeristische voorzieningen, denk hierbij aan: souvenirwinkeltjes, restaurants, bars, souvenirwinkeltjes, discotheken, hotels, souvenirwinkeltjes, appartementen, winkelcentra en... hadden we de souvenirwinkeltjes al vermeld?
Het strand is schitterend, voor zover je het kunt zien. De mensen staan rijen dik in de zee en op het strand is het strijden voor elke vierkante centimeter. U begrijpt dat Matthijs in bovenstaand stukje het één en ander heeft aangedikt, maar het komt toch aardig in de buurt! Ons appartement is op steenworp afstand van Ground Zero, de plek waar in 2002 een bomaanslag werd gepleegd voor een discotheek.
2 augustus
Na het ontbijt ontsnappen we voordat Kuta ontwaakt. We rijden in noordwestelijke richting. Aan het eind van de middag willen we namelijk de zonsondergang bij de 'Pura Tanah Lot' zien. Deze tempel staat op een rots in de zee en beschermt tegen de machten van de onderwereld, de in zee levende demonen. In de grotten onder en om de tempel zouden zwart-wit gestreepte zeeslangen leven, die de tempel zouden bewaken. Overal kun je dus (tegen een kleine vergoeding) met slangen op de foto, wij zijn hier alleen met een grote boog omheen gelopen. haha
Het schouwspel van de roodgloeiende zon die in de zee ondergaat en het silhouet van het rotseiland met de tempel tekent zich schitterend af tegen de lucht. We hebben een mooi plekje gevonden op het vasteland, tegenover de tempel.
In de uren daarvoor hebben we wat strandjes verderop bezocht, waar bijna niemand was. Hier lag dan ook geen zacht wit zand, maar fijn zwart zand. Het was in ieder geval nog fijner dan zacht wit zand, het leek wel een soort zwart stof! We zagen de rest van de dag een beetje zwartjes.
3 augustus
Om aan de drukte van Kuta te ontsnappen, besluiten we de laatste dagen op Bali door te brengen op het schiereiland Bukit Badung. Het is hier, in tegenstelling tot de rest van Bali, droog en weinig groen. Maar voor surfers is het een waar paradijs. De golven zijn hier erg hoog en langgerekt. Aangezien wij met één les ons zelf nog geen profs kunnen noemen, hebben we zelf niet op de surfplank gestaan. Desondanks is het genieten hier; van het strand en van al de surfers die de meest gevaarlijke capriolen uithalen op het rif.
Er gaat geen shuttlebus naar het Uluwatu, dus moet je een bemo (minibusje) regelen. Waar kan dat beter dan bij de 'bemocorner', vlakbij ons appartement in Kuta. De bemo's zijn op Bali echter niet zoals op Java. Een bemo hier betekent gewoon een chauffeur met een grote auto die je naar je bestemming brengt. En dat betekent dus weer onderhandelen over de prijs. Via twee bemo's komen we uiteindelijk op een prachtig stukje strand in Balangan. Met onze backpack en wandelschoenen lopen over het strand, met aan onze rechterhand de zee en aan de linkerhand restaurantjes die slaapplekken aanbieden. Na er een aantal te hebben gezien (sommige kamers bestaan alleen uit een matras op de grond), nemen we een kamer in Jimmy's Brothers Warung. Niet duur en een vriendelijk ontvangst. Wanneer je uit de kamer stapt kijk je uit over de zee. Met zo'n uitzicht maakt het ook eigenlijk niet uit dat de kamer niet zo mooi is. Lisette heeft nog maar niet aan Matthijs verteld dat zij al wel een gekko heeft gehoord.
De rest van de dag doen we niet veel. We liggen lekker aan het strand, lezen een boekje en kijken naar de kunsten van de surfers in zee. 's Avonds kun je hier genieten van een mooie zonsondergang in je 'voortuin' en speelt Matthijs nog een potje volleybal met wat Belgen. Wanneer we in bed liggen horen we het ruisen van de golven en met dit rustgevende geluid op de achtergrond vallen we in slaap.
4 augustus
Aangezien we gisteren niet helemaal in Uluwatu zijn gekomen (wat in eerste instantie wel de bedoeling was), gaan we vandaag die kant uit. We hebben een scootertje gehuurd en kunnen hiermee de rest van het schiereiland verkennen. Met Matthijs aan het stuur en Lisette achterop met de kaart (dit gaat steeds beter tot opluchting van Matthijs) tuffen we lekker over de rustige wegen. De eerste stop is bij Padang Padang Beach, wederom een el dorado voor de surfers en er worden hier dan ook internationale wedstrijden gehouden. Helaas niet als wij er zijn. De competitie die uitstaat start pas als de golven hoog genoeg zijn (en ze zijn nu al zo hoog!). Tot die tijd moeten toeschouwers en surfers gewoon rustig afwachten.
We nemen hier een duik en gaan verder naar Suluban Beach, wederom een surfoord. Zwemmen gaat hier niet, maar vanuit een restaurantje op een rots kun je uitkijken over de zee. We zitten eerste rang en zien vele surfers proberen voor de golven uit te blijven. Een spectaculair gezicht!
Op de kaart hadden we gezien dat er vlakbij een 'wedding chapel' aan de kust is. Het leek ons wel leuk om een kijkje te nemen en namen de afslag naar Tirtle Wedding Chapel. Waar wij dachten dat het om een klein kapelletje zou gaan, was niets minder waar. Het was een prachtige locatie aan de rand van een klif waar je uitkijkt over de blauwe oceaan. Aangezien de beste man van de trouwlocatie denkt dat wij onze bruiloft al aan het plannen zijn, krijgen we een rondleiding over het terrein en zien onder meer de suite, dinnerzaal en natuurlijk de kapel. Deze is geheel van glas waardoor je de oceaan op de achtergrond blijft zien. Alle voorzieningen liggen rondom een soort aangelegde vijver en zijn zo gesitueerd dat de zichtlijnen allemaal eindigen op de blauwe, uitgestrekte oceaan.
Aan dit alles hangt natuurlijk wel een prijskaartje. Kees en Jos, jullie kunnen dus alvast gaan sparen! Helaas is het alleen wel een beetje ver van huis:(
Inmiddels hebben we wel trek gekregen en eten nasi campur bij een warung aan de weg, erg lekker en heel goedkoop (nog geen euro per persoon). We vervolgen onze weg naar Uluwatu en haar tempel Pura Luhur Ulu Watu. Deze staat boven op een klip die meer dan honderd meter loodrecht naar beneden loopt. Toeristen zijn hier niet de enige bezoekers. Er lopen hier namelijk aapjes rond die alles wat los en vast zit proberen te pakken. Dat betekent dus vooraf de zakken legen, sieraden afdoen en de tas goed afsluiten. Het is hier niet zo druk als bij de Pura Tanah Lot, maar het uitzicht vanaf de klippen is adembenemend.
Naast aapjes stikt het hier ook van de Chinezen (het zouden natuurlijk ook andere Aziaten kunnnen zijn, maar dat weten we niet) en deze zorgen nog wel eens voor wat ergenis bij Matthijs. En volgens hem is dat niet de eerste keer en daarom presenteren wij u zijn 'Chinezen ergenissen Top 3':
3. Chinezen kijken nooit voor zich en lopen dus altijd tegen je op als je zelf niet aan de kant duikt. Ze zijn namelijk altijd druk aan het praten met een familielid, dit doen ze nogal luid, overdreven en uitvoerig. Waarschijnlijk doen ze dit omdat dan de rest van de familie het ook kan horen, een mannetje of vijftien. Niemand blijft thuis. Zelfs al is het pad nog zo breed, dan nog krijgen ze het voor elkaar om tegen je aan te lopen. Matthijs roept daarna dan altijd: 'Ik loop er zometeen toch ééntje dwars doormidden!' Tot nu toe is hij alleen bang geweest dat er dan eentje z'n nek breekt.
2. Chinezen doen op de meest rare en onhandige plekken hele fotoshoots. Foto's in alle houdingen en in allerlei combinaties. En ja, alle familieleden komen minimaal vijf keer aan bod. Het nemen van een foto duurt ook een eeuwigheid. Netjes als dat we zijn, blijven we altijd even wachten als iemand een foto neemt. Niemand wil immers een vreemdeling op de foto die op de schoorsteenmantel bij je schoonouders moet komen te staan. De Chinezen dus wel, want die maken altijd de foto zo, dat jij er wel op staat! De meeste nemen trouwens de foto's gewoon met hun mobiele telefoon, waarschijnlijk doen ze dus niks meer met al die foto's. Heb je dus voor niks een uur staan wachten!
1. Zo netjes als dat wij staan te wachten, zo veel schijt hebben de Chinezen aan ons. Elke keer als Lisette en ik ons best doen voor een goede foto voor op de schoorsteenmantel, komt er weer een Chinees voorlangs passeren. Altijd omgedraaid, want ze kijken nooit voor zich. En als ze voor zich kijken, dan proberen ze alsnog er tussen te piepen. Even wachten is er niet bij. Als we net iemand geregeld hebben om een foto van ons te maken op bijvoorbeeld een trap, dan zal een Chinees gewoon rustig de trap op- of aflopen. En wij maar leuk lachen en andere Europianen - die wel netjes staan te wachten - maar ophouden. Sorry oma, schoonmoeders en mams, maar een leuke foto zonder Chinees is er helaas niet bij:(
Lisette heeft trouwens nog een toevoeging op ergenis nummer drie. Veel Chinezen hebben een paraplu tegen de zon. Deze paraplu gebruiken ze soms alleen als honkbalknuppel om je uit de weg te slaan. Heel irritant dus. In de meest kleine ruimtes leunt de paraplu nog op hun schouder en als ze zich omdraaien om iets naar hun broer, zus, vader, moeder, dochter en/of zoon te schreeuwen, rammen ze dus vol met die paraplu tegen je hoofd!
Op de terugweg eten we een ijsje en hebben we verder een rustig avondje aan het strand. Morgen naar Sulawesi!
5 augustus
De reis naar Sulawesi verliep voorspoedig. We arriveerden ruim op tijd op het vliegveld van Bali (Denpasar) en doordat we zo vroeg incheckten, hadden we in het vliegtuig stoelen bij de nooduitgang. Dat betekent dus extra beenruimte, wat in dit soort vliegtuigen die gemaakt zijn voor Aziaten, helemaal niet slecht uitkomt! Wat trouwens wel een beetje vreemd is, is dat veel Indonesiërs gewoon een goed dicht geplakte doos met wat touw er omheen als tas gebruiken.
Nadat we weer zijn herenigd met onze tassen (die op de band tussen dozen van allerlei grootte lagen), lopen we recht af op ons eerste verbazing van Sulawesi. Na de uitgang is er een bepaald gedeelte afgezet voor taxichauffeurs of soortgelijke organisaties. Toen wij dus dit kleine afgezette 'pleintje' betraden, stonden er zo'n honderd mannen en vrouwen naar ons te roepen voor een ritje. Aan de zijde tegenover ons stonden allemaal kleine loketjes waar de verkoopsters half uit het raam hingen te zwaaien om onze aandacht te krijgen. Aan zowel de linker- als de rechterkant stonden chauffeurs - rijen dik - eveneens te zwaaien om ons richting Makassar te brengen. We voelden ons een soort filmsterren op de rode loper, met daar omheen een hoop paparazzi.
We stopten even en spraken af om zo snel als mogelijk naar de trap te lopen die honderd meter verderop was. Daar stond een groot bord 'public transport'. We haalden even diep adem en stortten ons in de menigte. We baanden ons een weg door alle taxichauffeurs en we keken ze geen van allen aan. Gelukkig ging dat gemakkelijker dan gedacht. We liepen snel de trap af en konden net de bus naar Makassar in stappen die op het punt stond om te vertrekken.
Fort Rotterdam ligt midden in het centrum van Makassar en op steenworp afstand van de zee. Het fort behuist de eerste Christelijke kerk van Makassar en dit alles herinnert ons aan de Nederlandse overheersing. Makassar was strategisch gezien erg interessant voor de Nederlanders, aangezien dit al eeuwenlang hét handelscentrum voor Oost-Indonesische specerijen was. We vinden het vooral leuk om te bezoeken vanwege haar naam.
Na ons bezichting van Fort Rotterdam, lopen we richting het zuiden. De kustpromenade, die hier Pantai Losari wordt genoemd, komt tijdens de zonondergang tot leven. Heel Makassar lijkt zich hier te verzamelen rondom de vele eetkraampjes. De kraampjes lijken - binnen een uur - als paddestoelen uit de grond te schieten. Het is erg gezellig en de zonsondergang biedt een prachtig gezicht op de baai van Makassar met al haar eilandjes. Op de kustpromenade was trouwens ook de gehele tijd een soort hippe, Indonesische muziek te horen. Eerst wisten we niet goed waar deze rare combinatie van Islamitische teksten op een beat vandaan kwam. Maar toen we een hele groep mensen foto's zagen maken van een klein wagentje met daarop een kleine pop met boerka, wisten we genoeg. Het wagentje werd op afstand bestuurd en reed over de promenade.
6 augustus
Omdat we deze avond met de bus naar Tanah Toraja gaan, hebben we deze dag nog om in te vullen in of rond Makassar. De stad hadden we na één dag wel gezien en dus besloten we Bantimurung aan te doen. Dit is een natuurpark met een waterval en wordt ook wel 'Kingdom of the butterflies' genoemd. De naam doet vermoeden dat de vlinders je om de oren vliegen, maar wij hebben er welgeteld één op de foto staan. Dat viel dus een beetje tegen. De waterval is een uitje voor de lokale bevolking. Je kan er met een opblaasband met de stroming mee naar beneden varen, menig stroomversnelling in Zuid-Frankrijk is spectaculairder. Aangezien Sulawesi een islamitisch eiland is, heeft Lisette zich hier maar niet in haar bikini vertoond. En als Lisette niet gaat, dan gaat Matthijs natuurlijk ook niet. Ook hij heeft dus dit zwemfestijn aan zich voorbij laten gaan. Vrouwen zwemmen hier letterlijk in hun boerka, ze gaan met hoofddoek en al kopje onder.
We hebben de waterval links laten liggen en zijn op zoek gegaan naar de 'Goa Mimpi' (goa betekent grot). We volgden de bordjes en na flink wat trappen op- en afgelopen te hebben, komen we bij de ingang van de grot aan. Pikkedonker natuurlijk, maar er lijkt wel een pad in te lopen. We durven het niet aan om er zelf met ons kleine zaklampje in te gaan en besluiten dezelfde weg weer terug te lopen. Eenmaal terug blijkt er beneden een gids te staan. Matthijs is wel bereid weer het hele eind opnieuw te lopen en haalt Lisette uiteindelijk over, die hier toch iets minder voor voelde.
En wat blijkt? Je kunt wel een kilometer lang door de grot heen lopen, om vervolgens op de parkeerplaats van het park er weer uit te komen. Een mooie tocht. Onderweg hebben we vleermuizen aan het plafond van de grot zien hangen en de gids vond het ook nodig om zijn zaklamp op een mega spin, een halve meter voor ons, te richten. En alsof dat niet genoeg was bleek er ook eentje op het paaltje vlak naast Lisette te zitten. Je zult begrijpen dat zij hierna zo snel mogelijk verder wilde en blij was toen ze eindelijk licht aan het eind van de tunnel zag.
De weg terug naar Makassar verloopt via drie verschillende bemo's en dat blijft toch altijd weer een belevenis. Waar ze in Java soms immens hoge bedragen voorleggen aan toeristen, zijn ze hier eerlijk en betaal je een normale prijs. Wanneer de laatste bemo muurvast staat midden in de markt van Makassar (je vraagt je überhaupt af waarom die busjes een markt in rijden) besluiten we het laatste stukje maar te lopen. We eten bij een lokaal tentje onze goedkoopste nasi goreng tot nu toe, 12.000 roepia (ongeveer 0,75 cent). En het was heel lekker!
's Avonds stappen we in de nachtbus voor een rit van ongeveer acht uur naar Tanah Toraja. Het is een zeer goede bus met lekkere stoelen, inclusief kussentje en dekentje. Klein detail, de muziek gaat rond middernacht keihard aan zodat de chauffeur niet in slaap valt.
7 augustus
Dit was misschien wel de meest bizarre dag van onze vakantie tot nu toe. Inmiddels zijn we terug in onze kamer in Rantepao, Wisma Irama, en kunnen we nog steeds niet helemaal bevatten wat we vandaag allemaal gezien hebben.
Heb je wel eens tientallen varkens aan bamboestokken zien hangen en horen gillen? Wij nu wel. Heb je wel eens gezien hoe ze een waterbuffel of varken slachten met blote handen? Wij nu wel. Heb je wel eens overal schedels en botten in het rond op een begraafplaats zien liggen? Wij nu wel.
Vanochtend werden we om half tien opgehaald door onze gids. Dat gidsen en wij geen goede combinatie zijn, blijkt vandaag wel weer. Aangezien wij geen idee hadden hoelaat we zouden worden opgehaald en we vanochtend om zes uur in bed lagen, zijn wij om negen uur maar opgestaan. Onze gids bleek er alleen om half acht al te zijn.
Snel zijn we in de auto gestapt en naar een begrafenis van de Toraja's in Tallunglipu gereden. Onderweg zijn we gestopt bij de markt, want we konden natuurlijk niet met lege handen aankomen. We kopen sigaretten voor de familie van de overledene. Voor het geld waar je in Nederland één pakje kan kopen, kun je er in Indonesië twaalf krijgen. Bij de begrafenis aangekomen is meteen duidelijk dat dit wel eens een bijzondere dag zou gaan worden.
Overal zijn mensen met buffels in de weer en liggen varkens vastgebonden aan bamboestokken. Ze kunnen geen kant op en dat zorgt nog wel eens voor gegil. De varkens zijn gesnoerd aan hun pootjes en middel, als ze proberen te bewegen snijden ze zichzelf open. Voor mensen die niet tegen dierenleed kunnen, is deze excursie zeker geen aanrader. We krijgen thee met een plakje cake (net als in Nederland;)) en kijken onze ogen ondertussen uit. Op het middenterrein staan en liggen de buffels en varkens. Dit zijn geschenken die later geofferd zullen worden. Een man leest voor wie wat heeft gegeven en alles wordt netjes geregistreerd. De 'schulden' moeten namelijk worden terugbetaald en over elk offerdier moeten rechten worden betaald. Hoe meer dieren je krijgt om te offeren, hoe meer je dus terug moet betalen (en hoe rijker je dus bent). Als dit is gebeurd worden de varkens en buffels weer weggehaald en is de volgende groep offerdieren aan de beurt om te worden getoond en geregistreerd. Ondertussen wordt er op het middenterrein ook een buffel in stukken gesneden en in een kookpot gestopt, voor de lunch. Aan de buitenzijdes worden ook enkele varkens al geslacht om alle mensen tijdens het middaguur van eten te kunnen voorzien. Dit alles is helemaal niet smakelijk om te zien.
Na twee uur zijn we weer vertrokken. Door alle bizarre dingen die we hebben gezien zou je bijna vergeten dat er een vrouw is overleden.
Een begrafenis van de Toraja's duurt vier dagen, soms vijf (afhankelijk van hoe rijk de familie is), en de dood wordt als hoogtepunt van het leven gezien. Op dag één komen alle familieleden bij elkaar. Op de tweede dag (de dag dat wij er zijn) komen de rouwgasten met hun geschenken. Op dag drie worden de buffels geofferd en wordt er gefeest en op de laatste dag wordt de overledene naar de begraafplaats gebracht.
De begraafplaats van Bori was ook onze volgende bestemming. Hier staan grafstenen van soms wel vier meter hoog. Hoe hoger de steen, hoe rijker de familie. Op deze begraafplaats is ook een grote boom waar de kinderen die nog geen tanden hebben in de stam worden bijgezet. Zo'n boom bevat altijd witte latex, wat moedermelk symboliseert. In de boom groeien de kinderen dus alsnog.
De begraafplaats die we na de lunch aandoen maakt meer indruk; Ke'te- Kesu. In uitgehakte gaten in de rotsen worden de kisten bijgezet. Sommige kisten 'hangen' letterlijk boven je hoofd en soms valt er dus weleens wat naar beneden. Gelukkig niet toen wij er waren. Wel zie je overal om je heen schedels en botten liggen, soms hele bakken vol.
Kisten worden ook weleens in grotten bijgezet. Dit hebben we gezien in Londa waar een grote grot is. Het is hier erg donker dus je hebt er zeker een lichtje nodig. Onze gids had dit niet meegenomen - wat Matthijs hem erg kwalijk nam - en hij had ook niet tegen ons gezegd om er zelf één mee te nemen. We konden wel een licht huren voor 30.000 roepia, maar we hadden al genoeg betaald voor de gehele toer. Gelukkig had Matthijs zijn kleine zaklampje bij zich en konden we zo toch nog wat zien.
Wanneer je hier rond loopt en met je zaklamp schijnt kom je ook wel eens een schedel of één van de vele beenderen van ons skelet tegen. Matthijs struikelde in ieder geval bijna over een schaambeen. Dit klinkt allemaal wel erg als een spookverhaal, maar dat viel wel mee hoor.
Alleen nu we hier een verslag van aan het typen zijn, beseffen we pas hoe bizar, voor ons als Westerlingen, deze dingen zijn.
Als we 's avonds in de gemeenschappelijke woonkamer zitten, worden we gevraagd mee te eten met de hele familie. Rijst, groente, ei, vis en varken (even gaan onze gedachten naar de varkens van vanochtend). Maar het smaakt erg goed. Dit zeker in vergelijking met de lunch vandaag, rijst met droge, taaie kip (kleine stukjes bot) en een vreemde soep (waarschijnlijk gemaakt van de ingewanden van een waterbuffel). Gelukkig kostte die maaltijd nog geen euro per persoon.
Na het eten verzamelt de hele familie zich rond de televisie. Er wordt gekeken naar de begrafenis van een familielid die vier maanden geleden is overleden, maar één week geleden is begraven. Soms wordt het lichaam wel meer dan een jaar in huis bewaard, totdat er genoeg geld is voor de begrafenis of alle familieleden in de gelegenheid zijn om te komen. Meestal worden de ceremonies in juli en augustus gehouden, in verband vakanties en het weer. Onze gids vertelde zelfs dat lichamen soms dertig jaar worden bewaard.
Alles wordt gefilmd (dat was ook vandaag het geval) en dat wordt dus met z'n allen teruggekeken. Van het feest tot en met het slachten van de buffels. Alsof we vandaag nog niet genoeg shockerende beelden hadden gezien.
Al met al een enerverende dag die we zeker nooit meer zullen vergeten.
8 augustus
Vannacht heeft het pijpenstelen geregend, het hield maar niet op. Gelukkig lagen wij lekker in ons bedje. Voor een land, waar de wegen voor het merendeel onverhard zijn en het gehele leven buiten georiënteerd is, brengt dat wat moeilijkheden met zich mee. Zo zijn er heel veel bruine modderplassen, zit iedereen heel krap onder kleine afdakjes te schuilen en is er dus weinig meer over van de activiteiten op straat. En op en aan de straat, daar leeft men normaliter.
We gaan vandaag op pad met een Zwitsers stel, die we gisteravond hebben leren kennen. Samen met onze nieuwe gids Alex (die wel een succes is!) gaan we als eerste naar de grote markt van Toraja die eens per week is. Welke dag van de week dat is verschilt en weet niemand, we hadden dus veel geluk:)
Op de markt staan wederom heel veel buffels en varkens, vooral de buffels zijn veel waard. De duurste buffels worden ook wel 'Mercedes-buffalo' genoemd. Ondertussen is het nog harder gaan regen en staat iedereen, tussen de poep, in de kleine stalletjes. Meer dan honderd buffels staan in de stromende regen hun eten te herkauwen.
In de varkensstallen zien we hetzelfde tafereel als gister, het is vaak te triest voor woorden wat hier gebeurt. Biggetjes worden in zakken gestopt alsof het knuffels zijn. Heel diervriendelijk is het allemaal niet en we zijn blij als we een ander gedeelte van de markt op lopen met groente en fruit. Een exotisch geheel van geuren en kleuren. Alex leidt ons langs de verschillende kraampjes en vertelt ons het één en ander, ook krijgen we wat dingetjes te proeven.
In Lemo is één van de meest indrukwekkende begraafplaatsen van Tanah Toraja te zien. Het is een loodrechte grafwand van ongeveer veertig meter hoog waarin graven zijn gemaakt en beelden op kleine randjes staan.
Hierna zijn we onze weg vervolgd naar Kambira en Tampangallo. Het duurde wel even voordat we hier aankwamen, want we gingen eerst lunchen. Dit gebeurde in een restaurant waar alle gidsen met hun toeristen heen gaan en dat betekende dat het druk was. En wanneer het druk is in een restaurant in Indonesië kan het heeeeel lang duren. Na ongeveer een uur wachten stond de mie goreng en noedelsoep eindelijk op tafel.
Tampangallo is een grote grafgrot met hangende doodskisten en tau tau-galerijen (poppen naar het evenbeeld van de overledene). De Tau tau-poppen zijn alleen voor de hele rijke mensen, evenals de rotsgraven. Als families overigens niet genoeg geld hebben om een graf in een rots uit te laten hakken, dan laten ze vaak een 'grafhuis' bouwen. Volgens Lisette lijken deze vaak op kleine toiletgebouwtjes...
Net als gisteren loop je hier tussen de vele schedels en botten. Het blijft apart. In Kambira staat een grote boom die dient als babygraf. Indrukwekkend en een mooie gedachten dat de kinderen dan alsnog groeien met de boom mee.
's Avonds gaan we met z'n vieren eten bij Rimiko. Dit restaurant staat in de Lonely Planet en dat betekent dat het weer vol zit met toeristen. En wanneer een restaurant vol zit, betekent dat dus ook weer heeeel lang wachten. Gelukkig hebben de Zwitsers een kaartspel bij zich en spelen we 'Gemsch', een Zwitsers spelletje. En dan vliegt de tijd zo voorbij en voor je het weet staat de Gado Gado voor je neus.
10 augustus
Tot nu toe is alles wat we hebben gedaan leuk en is eigenlijk nog niets echt tegengevallen. Dat was gisteren wel een beetje anders. We hadden een trekking geboekt van twee dagen. Samen met onze gids Alex zouden we door het land van de Toraja's trekken en overnachten in een traditioneel huis. Alleen het weer zat een beetje tegen. De afgelopen dagen had het al veel geregend en dat was gisteren niet anders. Waar de dag nog redelijk droog begon ging het naarmate het later werd steeds meer en steeds harder regenen. Daarnaast moest onze gids, in opdracht van hogerop, een nieuwe route uitproberen. Hadden wij weer. Hij had alleen een briefje met de namen van dorpjes die we langs moesten gaan, maar verder had hij geen kaart of iets dergelijks bij zich. En dus met veel vragen en een paar keer verkeerd lopen kwamen we elke keer wel weer op de goede weg. Deze weg was echter geen geasfalteerde weg, maar liep door de rijstvelden heen en dat betekende over hele smalle en gladde paadjes lopen. Door het slechte weer was alles ook nat, glad en heel erg modderig. We moesten zelfs een rivier oversteken. Matthijs had in het begin nog de hoop zijn schoenen schoon en droog te houden, maar moest deze hoop laten varen toen hij uitgleed en vol in een rijstveld stapte. Ook zijn sokken waren nat en ook hij sopte nu leker in zijn schoenen. Lisette had deze illusie allang niet meer, haar schoenen en sokken zaten al heel snel onder de modder.
Één voordeel van al de regen en al het water: we hebben het watersysteem in optima forma zien renderen! Het water stroomt van hoog naar laag en bedient onderweg alle rijstvelden. Watervalletjes, riviertjes en holle bamboestengels worden gebruikt om het water op de juiste manier beneden te krijgen. Af en toe worden de rijstvelden ook weer droog gezet, bijvoorbeeld als er geoogst moet worden. Dit verklaart de smalle doorgangen in sommige dijkjes (en waar wij dus vaak ingestapt zijn), deze kunnen eenvoudig open en dicht gemaakt worden.
Rond 16.00 uur begon het zo hard te regenen dat we moesten schuilen onder een afdak van een huis. In onze poncho zaten we te wachten totdat het droog zou worden of in ieder geval minder hard zou regenen. Na ongeveer een half uur vroeg de buurvrouw of we binnen wilden komen voor een kopje warme thee. Dat lieten we ons geen twee keer vragen en zo zaten we vijf minuten later binnen bij een Indonesische familie. Vader, moeder, kinderen en kleinkinderen wonen hier samen onder één dak, in totaal zijn ze met z'n twaalven. Het werd later, het was nog steeds niet droog en het zou snel donker worden. En dus stelde de vrouw des huizes voor om te blijven eten en slapen. Ontzettend lief en gastvrij! De dochters verhuisden naar een matras in de woonkamer en wij mochten in hun kamer slapen.
De communicatie verliep moeizaam en via onze gids. Ze stelden soms wat vragen over (ons leven in) Nederland en wij vertelden wat over onszelf. De bewoners vonden het maar raar dat wij zes meter onder zeeniveau leven en hadden nog niks gehoord over het neergeschoten vliegtuig, wat ze in geluiden en gebaren erg afkeurden! We vertelden ook dat we zo graag Hollandse kaas wilden eten en 'gewoon' een glas koude melk wilden drinken. Nou, daar had de heer des huize wel een antwoord op! Hij had iets wat veel beter was! Hij liep de stromende regen in naar zijn buffel en kwam terug met een kannetje verse buffelmelk. Deze werd warm geserveerd. Enthousiast namen we een grote slok... Bleh! In Indonesië voegen ze ook nog een flinke schep zout toe, want dan smaakt het nog lekkerder. Alleen wij dachten daar toch anders over. Beleefd als dat we zijn, drinken we toch de hele beker leeg en wordt Matthijs direct weer bijgeschonken.
Als er geen zout in had gezeten had het zeker weten heel lekker geweest!
Na het avondeten zijn we snel in het warme bed gekropen. We hebben trouwens voor het eerst hond gegeten. Het smaakte best lekker, maar het blijft wel een beetje een raar idee.
Afgelopen nacht is Matthijs ziek geworden. Dat leverde een pijnlijke situatie op tijdens eten. Want omdat ze zeer vereerd waren met ons bezoek, werd er uitgebreid gekookt. Ook voor het ontbijt stonden er grote bakken met rijst, schalen met mie en vis en een mix van diverse Indonesische groenten klaar. Matthijs had echter geen trek en dat zag er natuurlijk een beetje ondankbaar uit.
Na het ontbijt moeten we nog wel drie uur trekken richting Rantepao. Gelukkig is het weer een stuk beter dan gisteren en krijgen we de schoonheid van Sulawesi te zien. Rijstvelden, groen en geel, tegen een achtergrond van rotsachtige bergen en heel veel groen. Door alle rijstvelden heen liggen grote rotsblokken verspreid, deze zijn hier ooit door een vulkaanuitbarsting neergekomen. Zo kunnen we toch nog mooie plaatjes schieten van dit landschap. Rond 13:00 uur zijn we terug bij Wisma Irama en nemen we afscheid van onze goede gids Alex. Wat een vriendelijke man met een ontzettend mooie glimlach. Na een douche is Matthijs snel het bed ingekropen. Lisette heeft vervolgens alle modder van de schoenen afgespoeld en voor zichzelf een lekker chicken-cheeseburger bij de plaatselijke KFC gehaald. Voor Matthijs had ze wat bananen en crackers meegenomen.
13 augustus
Witte stranden, blauwe zee en palmbomen. Een paradijselijk landschap. Dit is onze volgende bestemming op Sulawesi. Gisteren zijn we aangekomen op de Togean Eilanden, wij zitten op Kadidiri. Om hier te komen hebben we de afgelopen dagen dertig uur achtereen gereist.
Maandagochtend werden we om 7:30 uur verwacht bij het busstation waar vandaan de bus naar Tentena om 8:00 uur zou vertrekken. Zoals verwacht werd dit later en reden we om 9:00 uur weg uit Rantepao. In deze ietwat te krappe bus voor Matthijs, rijden we in dertien uur naar Tentena. In de bus zitten we met wat andere toeristen, maar ook met lokale bevolking. Door hen worden ook kippen mee de bus ingenomen en achterop de bus zitten zelfs twee scooters vastgebonden met wat touwen!
Aangezien de rit redelijk voorspoedig verloopt besluiten we te blijven zitten en door te gaan naar Poso. Tijdens de reis leren we een Frans stel kennen en met hen delen we, middernacht inmiddels, een taxi naar Ampana. Hiervandaan vertrekt de ferry naar de Togean Eilanden. Om 5:00 uur in de morgen komen we in de haven van Ampana.
In Ampana boeken we een ticket voor de boot naar Wakai en ook de ticket voor de boot naar Gorontalo (noorden van Sulawesi)boeken we alvast. Deze boot gaat slechts twee keer per week (op maandag- en donderdagavond) en er zijn maar een paar cabines op de hele boot om te slapen. Samen met onze nieuwe Franse vrienden boeken we één van de laatst beschikbare cabines. Ook het vervoer van Gorontalo naar Manado laten we hier direct regelen. Het gaat er allemaal een beetje ongestructureerd maar kalm aan toe, maar wat wil je op dit tijdstip. Het is inmiddels rond zessen.
De vrouw - met muts op - die alles voor ons regelt noemt zichzelf Miss Harbour, nadat ze dit had gezegd wisten we pas dat het een vrouw was. haha
Het kantoortje waar we dat doen ligt aan het water. We zitten op de kade voor het kantoortje en hebben al onze natte spullen van de trekking uitgestald. De zonsopgang is prachtig. De zon is warm en brand ook rond dit uur al direct op onze huid. Dit is precies wat we zoeken; de zon die we zo gemist hebben in Rantepao. Het haventje van Ampana komt tot leven zodra de ferry arriveert. De boot wordt volgestouwd met van alles en nog wat. Het is de enige boot naar Wakai voor vandaag. In Ampana lijkt alles te draaien rondom het haventje met boten naar Wakai. De markt ligt in het verlengde van de haven. Hier komen de meeste mensen vandaan met spullen en eten die op de boot geladen moeten. We kopen in de buurt van de markt bij een bakkertje wat soezen die gevuld zijn met een soort rijstepudding, een lekker ontbijtje!
Miss Harbour wijst ons de weg naar onze plekken op de boot. Ze begint heel hard te schreeuwen tegen een aantal mensen die op comfortabele matjes in het midden van het schip liggen. Ze stuurt de mensen die op onze plekken liggen weg. Hier kunnen we eindelijk een beetje ´normaal´ slapen. En normaal betekent hier liggen, want op de boot is het een enorme drukte!
In Wakai pakken we een andere boot naar Kadidiri Paradise. Een resort op een prachtige plek, ver weg van alles. Vanuit onze bungalow zien we de rustige strak blauwe zee, achter ons is alleen maar de dichte jungle. We doen hier voorlopig even helemaal niks. We genieten de rest van de dag van de zon, het prachtige witte strand en de warme zee. En de dag daarop doen we exact hetzelfde; helemaal niets:)
Selamat tinggal
Lisette en Matthijs
-
19 Augustus 2014 - 14:07
Elianne:
Hoi lieve Lisette en Matthijs,
Wat een gaaf verslag weer zeg. Hopelijk is Matthijs wel weer helemaal opgeknapt maar wat een ervaringen! Geniet er nog maar lekker van.
Liefs,
Elianne -
19 Augustus 2014 - 14:57
Renee En Jeroen:
Hoi Lisette en Matthijs, goed aangekomen in Manado? Wij waren vanmorgen al vroeg weg van de boot om een vroege vlucht te halen naar Bali en hebben niet meer gedag gezegd. Niet gelukt overigens, alles vol dus nu in die fijne pizzeria in gorontalo aan t wachten, vlucht gaat morgen. Veel succes met de visa, hopelijk verloopt alles soepeltjes! Hele fijne reis erna en bedankt voor de gezelligheid op kadidiri!! Groetjes, Jeroen en Renee -
19 Augustus 2014 - 15:34
Eunice:
Fantastisch geweldige leuke verhalen weer zeg!
Enjoy! X Ui -
19 Augustus 2014 - 22:04
Kees En Dita:
Lieve Lisette en Matthijs,
Wat een belevenissen weer! Schitterend om te lezen. Een ervaring die niemand jullie meer afneemt. We zijn zo benieuwd naar alle foto's.
Geniet er nog maar lekker van met zn tweetjes.
Veel liefs, papa en mama -
19 Augustus 2014 - 23:42
Oma:
Lieve Lisette en Matthijs Vanmiddag zag ik dat jullie weer hadden geschreven .en ben ik er vanavond weer helemaal voor gaan zitten om jullie verhaal te lezen.het is weer geweldig en ook zo spannend, wat jullie allemaal meemaken .en ook wel een beetje. Griezelige dingen.en een leuke foto van jullie twee met een Chinees in het middenin is ook wel aardig.Het is wel stil nu jullie allemaal weg zijn maar Rosanne komt donderdag weer thuis .en Zumba heeft het ook naar zijn zin. Lieve kinderen nog heel veel fijne weken .groetjes en veel liefs van oma xxxx -
20 Augustus 2014 - 04:53
Rosanne :
Lieve Matthijs en Lisette,
Wat bizar om allemaal te lezen! Dan is een begrafenis in Nederland toch maar een simpele bedoeling. En die spin, blegh! Ik zou ook heel hard door die grot zijn gelopen.
Veel plezier nog de komende weken:)
Liefs Rosanne -
22 Augustus 2014 - 14:38
Rene Kapteijn:
Ja in Indonesië gaat men met het begrip huisdier of landbouwhuisdier een "beetje" anders om dan in NL.
Wij hebben ook zo wat ervaringen opgedaan waar je maar niet al te lang over moet nadenken en gewoon maar moet accepteren als 's lands wijs 's lands eer.
Sulawesi staat ook nog op ons verlanglijstje, maar na het verslag over de botten, schedels en begrafeniscultuur gaan we de prioriteiten misschien toch maar verzetten. Tenslotte is onze dag des oordeel dichterbij dan die van jullie en is het leven omarmen en vrolijke dingen doen toch wat meer waard dan omgang met het allerlaatste stukje van ons aller leven.
Maar Flores staat toch ook nog als reisdoel bij jullie op de lijst?
Dat is een echte aanrader en heeft de schoonheid van Bali zonder de toeristische crap.
Het Bali van 50 jaar geleden en heeft een aantal leuke bezienswaardigheden.
Nou selamat jalan dan maar weer,
René en Elly
-
23 Augustus 2014 - 11:21
Joke :
Hoi Lisette en Matthijs
Wat een verhaal weer, jullie gaan ook van het ene in het andere uiterste. Ben toch blij dat de begrafenissen hier iets anders gaan,vier dagen is wel een beetje veel. Maar jullie maken wel veel mee,nog veel plezier.
Liefs Joke -
23 Augustus 2014 - 16:52
Merel :
Hee Matthijs en Lisette,
Jullie verhalen zijn echt super om te lezen, ik ben best jaloers haha!
Nog heel veel plezier daar!
Liefs Merel -
27 Augustus 2014 - 14:50
Plieg:
He Lansies,
Wat een verhalen. Wel heel herkenbaar jullie verhaal. Wat een bizarre situatie waar je dan in zit he, bij die begrafenis?! Een ervaring om nooit te vergeten. Lekker genieten daarna in ieder geval!
Veel plezier!
Plieg
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley