Gelukkig mogen we blijven! - Reisverslag uit Labuhanbajo, Indonesië van Matthijs en Lisette - WaarBenJij.nu Gelukkig mogen we blijven! - Reisverslag uit Labuhanbajo, Indonesië van Matthijs en Lisette - WaarBenJij.nu

Gelukkig mogen we blijven!

Door: Lisette en Matthijs

Blijf op de hoogte en volg Matthijs en Lisette

27 Augustus 2014 | Indonesië, Labuhanbajo

16 augustus
In het paradijs kun je je echt even goed afsluiten van de buitenwereld, want alleen tussen 18:00 uur en 23:00 is er electriciteit. Dat maakt ons dagelijkse leven iets lastiger, want voor ons is elektriciteit vanzelfsprekend. Even snel je telefoon of camera opladen, je laptop opladen of een verslag typen is er dus niet bij. Daarnaast hebben we hier ook helemaal geen bereik. Dit zorgde voor wat onrust bij het thuisfront. Ondanks dit gebrek is het op Pulau Kadidiri (Togean Islands) prima vertoeven. Alhoewel, we hebben natuurlijk altijd wat te klagen. haha
Maar terwijl we dit schrijven beseffen we ons dat dit soort plekjes niet alledaags zijn. Soms is het goed om hier over na te denken. We hebben al zoveel moois gezien, dat we eigenlijk een beetje verwend zijn.

Als we net wakker zijn knijpen we even in elkaars arm. We kijken uit het raam en zien een strak blauwe lucht. De zee die zich voor ons uitstrekt herbergt wat eilandjes. Soms zijn het niet eens eilandjes te noemen, dan is het alleen een grote rots die uit het water steekt. Veel van de eilandjes zijn onbewoond en hebben steile groene 'wanden'. De dorpjes die er zijn, zijn heel klein. Ze zijn gebouwd in en op het water en tegen het eiland aan. De huizen zijn gebouwd op palen in de zee. De paadjes tussen de huizen zijn niet meer dan wat planken.
Het resort ligt in een baai, je kunt er alleen met een boot komen. Veel mensen komen hier om te snorkelen en te duiken. Je eet hier gezamenlijk en je eet wat de pot schaft. Lunch en dinner zijn altijd rijst met wat groente. Kip, vis en vlees wisselen elkaar per dag af. Het dagelijkse eten is niet bijzonder goed, het is niet echt afwisselend. Zeker niet als er bij elke maaltijd wordt opgesomd wat iedereen wel graag zou willen eten. Kaas, brood en frituur worden het meest genoemd. We hebben hier twee andere Nederlandse stelletjes leren kennen, waar het goed mee klikt. Morgen gaan we met hen ook nog een ochtendje snorkelen in de buurt van wat nabij gelegen eilandjes.

Naast relaxen hebben we hier ook nog wat andere dingen gedaan. Allereerst was de Coconut Crab-tour een succes. Niet omdat het nou zo spectaculair was, maar vooral omdat we erg gelachen hebben. Circa tien Fransen completeerden onze groep.
Dat het klimmen en klauteren was, hadden wij ons wel laten vertellen. Dat we dwars door de jungle zouden lopen, hadden wij ons wel laten vertellen. Dat er een hoop muggen zouden zijn, hadden wij ons wel laten vertellen. En dat je dus goede schoenen, een lange broek en een shirt met lange mouwen moest dragen, hadden wij ons ook laten vertellen. Echter, de Fransen niet. Mevrouw kwam aan in haar jurkje, de mannen op slippers en korte broek en vaders had een hele onhandige grote camera om zijn nek hangen. Ook waren er nog twee wat oudere Fransen, die niet meer door de APK-keuring heen zouden komen.
De Coconut Crab is een beschermde diersoort. Ze kunnen erg groot worden; zo'n dertig centimeter. Dat wilden we voor 50.000 roepia wel zien! Het eerste pad dat we insloegen leidden ons direct de berg op. Maar dit deel van het pad was nog goed begaanbaar. Maar hoe dieper we in de jungle kwamen, hoe lastiger het werd om de gids te volgen. De groep viel al snel uiteen en de Nederlanders zaten tussen twee groepen van Fransen in. Achter ons ging vaders keihard onderuit met camera en al. Hij gleed een paar meter over de steile helling naar beneden. Schuin voor en boven ons stond moeders in haar jurkje. En jullie begrijpen, dat leverde wat fraaie beelden op. Laten we het zo schrijven: haar zweetreetje had een afdruk achtergelaten in haar Franse Hema-slip! Na lang zoeken vonden we een kleine Coconut Crab, die eigenlijk niet heel spectaculair was. Een grote spin (zo groot als een pitabroodje) met geel achterlijf was dat meer. We waren zelfs twee keer vol verbazing van deze spin, tot we er achter kwamen dat we een rondje hadden gelopen.

Veilig en wel terug bij het resort weigerden de Fransen te betalen. 'No crab, no pay!' en 'We did not book a jungletour, we booked a crabtour!' was wat de Fransen zeiden. Ze maakten zich druk om drie euro per persoon. Wij hebben er hard om moeten lachen. Uiteindelijk zijn ze, op aanraden van ons resort, een uur later terug gegaan om alsnog te betalen.

Het beste wat je op dit eiland kan doen is uitrusten en relaxen. En dat hebben we dus ook lekker gedaan. Zonnen, slapen, zwemmen, lezen, spelletjes en een potje beachvolleybal wisselen elkaar af op een dag. En tussendoor komt iedereen dus bij elkaar voor de maaltijd.
Op onze tweede dag op het eiland doen we een snorkeltour. Met acht personen en kapitein papa Uni zijn we met een bootje verschillende mooie plekjes afgegaan en lunchen we op een idyllisch wit strandje. Tijdens het snorkelen zien we prachtig koraal en ook weer verschillende bijzondere vissen. We zien zelfs een soort zwarte slang van een meter of drie! Ook maken we een tussenstop bij jelly fish lake. Je raadt het al, het is een meer met kwallen. En ook daar springen we met ons snorkelsetje in. Het water is alleen een beetje troebel en erg warm en de kwallen zijn niet in grote getalen aanwezig. Hier zijn we dus weer redelijk snel uit. Overigens, de blauwe kwallen moet je sowieso ontwijken, want die kunnen bijten. De roze kwallen zijn echter onschuldig en kan je met je handen gewoon beetpakken.
Het bezoek aan een kleine dorpje, gebouwd op het water aan een eilandje, zullen we ook niet snel meer vergeten. Het hele dorp liep uit en de kinderen lopen dan ook in een grote stoet achter ons aan. De kinderen en wij zelf vermaken ons met het maken met foto's. In een klein winkeltje kopen we wat snoepjes voor ze. Matthijs heeft al snel door hoe hij de kinderen op ludieke wijze op de foto kan krijgen, tot grote hilariteit van de kinderen en van ons. Als we weer vertrekken met de boot, staat de hele pier wel vol met circa dertig kinderen. Ze zwaaien ons allemaal netjes uit!
Bij terugkomst horen we dat de twee Nederlandse jongens door de steiger zijn gezakt en hard naar beneden zijn gevallen op het koraal. Gelukkig is de schade bij beiden niet groot.
De dag na het ongeluk hebben we een groot kampvuur gemaakt van al het steigerhout van de ingestorte steiger. De drie Nederlandse mannen vermaakten zich met het vuur als kleine jongetjes.

Zo'n mooi eiland in de blauwe zee met een wit strand en jungle brengt ook een nadeel met zich mee. Ratten, kakkerlakken, vleermuizen, slangen en spinnen zijn hier het gesprek van de dag. Deze dieren komen vooral 's nachts tot leven, wat een goede nachtrust soms kan verstoren. Zo jaagt een rat Matthijs de eerste avond al de stuipen om het lijf. En een nacht later heeft een vleermuis het voorzien op onze bananen. Maar nadat Matthijs de bananen heldhaftig uit de kamer had verwijderd, was de vleermuis ook vertrokken.

19 augustus
Eergisteren, onze laatste volledige dag van ons verblijf in Kadidiri Paradise, hebben we nog een afsluitende snorkeltour gedaan met de andere Nederlanders. Samen met papa Uni hebben we nog wat mooie plekjes op zee bezocht, waar we lekker hebben rond gesnorkeld! In Kadidiri Paradise hebben we een een ontzettende leuke tijd gehad, mede door de leuke mensen die we hier hebben leren kennen.
En eindelijk hebben we ook onze eerste haai gespot! De haai (maximaal vijftig centimeter) leeft in het rif vlak voor het resort. Met zijn vin boven het water jaagt hij op andere vissen in het rif.

Gisteren zijn we met een bootje naar Wakai gebracht, waar we in de middag de ferry nemen naar Gorontalo. Het beloofd een lange overtocht te worden van ruim twaalf uur. Gelukkig hadden wij al een cabineticket gekocht bij Miss Harbour, waardoor we verzekerd waren van een lekker bedje op de boot. Of toch niet? In de stromende regen kwamen we aan in Wakai, waar we helemaal doorweekt op de ferry moesten wachten. Niet echt prettig als je daar met al je spullen staat. Voor en op de boot is het een enorme chaos en een enorme drukte, de boot gaat namelijk maar twee keer per week.
Toen we aan de bemanning vroegen om ons naar de cabine te brengen, bleek deze al bezet door het Franse zweetreetje;). Dit ging dus niet echt volgens planen daar stonden we dan met ons goede gedrag. Kletsnat in alle drukte.
Na een tijdje te hebben gewacht en na wat rondvragen kwam er een briefje van Miss Harbour tevoorschijn. Daarop stond in gebrekkig Engels dat het niet was gelukt om een cabine voor ons te boeken, maar dat ze matrasjes voor ons had gereserveerd. Dit betekent dat je op een heel dun matje in een grote zaal ligt met heel veel andere mensen. Gelukkig was Miss Harbour wel zo vriendelijk geweest om het geld dat we teveel hadden betaald netjes achter het briefje te nieten. Zo besparen we wel weer wat geld. haha
Het Franse stel waar we de cabine mee 'geboekt' hadden, vond in de kabine van de twee Franse jongens (ook van de Coconut Crab-tour) nog twee vrije bedden en zo hadden wij ook weer opeens twee matjes over. Deze hebben we weggegeven aan de Zwitserse stel dat we in Rantepao hebben leren kennen en dat ook op de boot zat.
Om 16:00 uur vertrok de ferry vanuit Wakai, waar het nog steeds regende, richting Gorontalo. We gingen dus op het goede moment weer terug naar het vasteland.

Na een beetje op het dek te hebben gehangen, wat lezen en een noedelsoep zijn we gaan slapen. Er niet helemaal gerust op, want we hadden zojuist het nieuws vernomen dat er een boot van Lombok naar Komodo was gezonken. Gelukkig hebben we allebei toch best wat uurtjes kunnen maken. Lisette had hier wel haar oordopjes voor nodig en moest halverwege de nacht even naar haar kostzakje grijpen, maar dat was gelukkig vals alarm. Na een extra pilletje kon ze weer lekker gaan slapen.
Twaalf uur later vaart de boot de haven van Gorontalo binnen en was het hopen dat er wel een auto voor ons klaar stond. Deze hadden we namelijk ook via Miss Harbour geregeld. Maar toen we onze tassen bij elkaar raapten, hoorden we achter ons 'Lisette!' (of iets wat er op leek). Het was onze chauffeur:) Er waren in de auto zelfs nog twee plekjes over en zo konden, naast de twee Fransen, ook Ines en Fabio met ons meerijden.

De rit naar Manado verliep voorspoedig en onze vrolijke chauffeur reed netjes en veilig. De chauf moest continu lachen om van alles en nog wat. En als hij iets heel erg grappig vond riep hij heel hard het enige Nederlandse woordje dat hij kende: 'Godverdomme!'. Met een Indonesisch accent klinkt dat erg grappig, waardoor wij ook moesten lachen. En dan moest hij nog harder lachen.
Onderweg komen we ook een aantal politieagenten tegen. Deze agenten staan langs de weg en als je verder wilt rijden dien je ze een fooitje geven. Bij het zien van een agent roept onze chauffeur dus telkens: 'Polisi corupsi!'. En dan begint hij weer heel hard te lachen.
De rit duurde wel weer erg lang en om 15:00 uur kwam eindelijk Manado in zicht. Van een Engels stel hadden we gehoord dat het gloednieuwe 'Spring Hill Hotel' een echte aanrader was. Helaas kende onze chauffeur, en met hem de rest van Manado, dit nieuwe hotel niet. Geen nood, dan laten we ons gewoon bij de McDonalds afzetten:) Na dagen over burgers en friet te hebben gefantaseerd, konden we dan ook niet wachten tot we onze tanden in die Big Mac konden zetten. We moesten er nog wel even een stukje voor sjouwen met onze zware tassen, want de Mac bleek iets verder te lopen dan gedacht. Je moet er wat voor over hebben hè. Na een afsluitende McFlurry zijn we op zoek gegaan naar een ander hotel, het Minahasa Hotel, waar we lekker konden douchen.

20 augustus
Naar deze dag hebben we niet echt uitgekeken. We kunnen er alleen niet om heen, als we langer in Indonesië willen blijven. We moeten ons visum verlengen. Het is onze eerste prioriteit, want hij verloopt 22 augustus. In Lombok hebben we dit al eens geprobeerd, maar toen bleek dat we een sponsor nodig hadden. Dit kan elke Indonesiër zijn en daar wordt contact mee opgenomen in geval van nood bijvoorbeeld.
Toen we gistermiddag incheckten in het hotel was er een man die regelmatig sponsor is van toeristen. Het kost echter soms nog wel eens wat tijd en hij was vorige week ook al bij het immigratiekantoor geweest. Hij zag het dus niet echt zitten. Jammer voor ons. In de avond regelde Matthijs nog wel wat telefoonnummers van mogelijke sponsors, toen hij een lokaal dansfeestje in een soort motorgarage binnenstapte.

Vanochtend bij het ontbijt was daar ineens weer Sunardi, de man van gisteren in het hotel. En waar Matthijs nog niets door had, vermoedde Lisette al dat hij wellicht toch wel onze sponsor wilde worden. En ja hoor, na een kort praatje over koetjes en kalfjes liet hij doorschemeren dat hij onze sponsor wilde zijn. Echt heel fijn voor ons, want dat scheelt een hoop tijd vandaag.
Na het invullen van een aantal formulieren kunnen we met alle documenten op zak naar het immigratiekantoor in Manado. Al snel blijkt dat het er hier weer net wat anders aan toe gaat, dan bij het immigratiekantoor in Mataram. Het is hier ook duurder. Gelukkig is er tegenover het 'kantor immigrasi' een copyshop, waar we de benodigde kopietjes van ons paspoort kunnen maken. Alles verloopt vlotjes, te vlotjes...
De medewerker van het kantoor moet akkoord krijgen van zijn baas en die weer van de 'big boss'. Als zij akkoord geven kunnen we vrijdag onze paspoorten ophalen. Helaas moeten we alleen om 14:00 uur terug komen, de vrouw van de big boss is opgenomen in het ziekenhuis. Veel medewerkers van het kantoor gaan direct op bezoek.
Nadat we afscheid genomen hebben van Ines en Fabio, die vandaag naar Bunaken gaan, keren we terug naar het immigratiekantoor. Na drie kwartier wachten vraagt dezelfde medewerker Matthijs een kleiner kantoortje binnen, voor het maken van een foto. Hij vraagt waar we nog meer naar toe gaan en langzaam draait de medewerker het gesprek. Of we een 'visa express' willen. Voor 800.000 in plaats van 400.000 roepia per visum, is het morgen al klaar (twee in plaats van drie dagen). Matthijs zegt direct dat ze dat niet gaan doen. We hebben namelijk de tijd tot vrijdag en vanuit Manado kunnen we ook wat tripjes (naar Bunaken) maken. Dan kunnen we vrijdag onze visa ophalen en vliegen we zaterdag naar Makassar terug. De medewerker antwoordt daar op: 'Vrijdag zijn we dicht, je kunt je paspoort dan pas maandag ophalen!'
'Dus we kunnen niet anders dan de visa versneld aanvragen?' vraagt Matthijs.
'Ja' zegt de man. 'Hoeveel wil je daarvoor betalen?'
'Maximaal een miljoen roepia voor twee visa!', 200.000 meer dan normaal denkt Matthijs.
'Ik ga het met mijn baas overleggen' is zijn antwoord.
De noodzakelijke foto, waarvoor hij Matthijs eigenlijk binnen vroeg, heeft hij nog steeds niet genomen.
We wachten in spanning af...

In de wachtruimte van het immigratiekantoor zitten we zo weer een uurtje wachten. We weten niet wat er gaat gebeuren en volgens onze sponsor, die er ook bij is en bij moet zijn, is het kantoor vrijdag helemaal niet gesloten.
Lisette wordt dan naar binnen gevraagd voor een foto. Matthijs hoopt dat ze haar maar niet onder druk gaan zetten...

Na vieren staan we weer buiten en hebben we ons visum verlengd. Meer dan een extra stempeltje in je paspoort is het niet. Als je dus gewoon een klein beetje extra betaald, kan het opeens binnen een dag geregeld zijn. Je vraagt je af waarom het normaal dan drie dagen moet duren. Om het te vieren gaan we naar een grote luxe shopping mall, waar we even lekker gaan shoppen! Het kost hier allemaal minder dan de helft in vergelijking met Nederland!

21 augustus
In het rijtje: Jakarta - Bandung - Rantepao, kunnen we Manado bijschreven. Wat een vieze stad! We hebben hier al heel veel ratten zien lopen en op sommige plekken komen geuren je tegemoet die in een mortuarium meer op haar plek zijn. Het is wel vreemd dat aan de éne kant van de straat een grote shopping mall staat en aan de andere kant bevindt zich een sloppenwijkje langs een rivier waar afval, ratten en gifgroen slijmerig water samen gaan. Onder een trottoir vandaan stroomt een klein stroompje water de rivier in. In het metershoge riool, dat een groot gat vanaf de zijkant lijkt, ligt veel afval. Het stinkt enorm. Een walhalla voor ongedierte. Op het trottoir - dat dus is ontstaan door een betonplaat op het 'riool' - staan, zitten en liggen mensen. Te gek voor woorden!

Met onze sponsor Eddie gaan we met de boot naar Bunaken. Eerst geeft hij ons een rondleiding door de haven. De haven herbergt een grote en levendige markt met dagverse vis en heel veel groente en fruit. Verder kun je hier ook hondenvlees kopen, niet echt een smakelijk gezicht. De boot ligt te wachten in een rivier die net zo schoon is als de rivier die we zojuist hebben beschreven. Het afval dobbert om de boot heen, het stinkt er en aan de andere kant van de rivier zwemmen vier blote kleine jongetjes in het water. Aan de oever van de rivier begint weer een andere sloppenwijk. We zijn blij dat we onze visa hebben verlengd en dat we kunnen doorreizen naar Bunaken; hét snorkel- en duikparadijs!
Daniels Homestay is prima vertoeven. Het eten is uitstekend en de bungalows zijn bijzonder schoon. Morgen gaan we de onderwaterwereld van Bunaken verkennen, het beste wat Indonesië te bieden heeft! Lisette wil nu ook wel een schilpad onder water zien. We zijn benieuwd...

22 augustus
Ja ja, het is gelukt! We hebben vandaag schilpadden gezien! Niet één, niet twee, niet drie. We hebben wel tien(!) schilpadden gezien tijdens het snorkelen. Lisette's dag kon niet meer stuk.
Een georganiseerde snorkeltrip was moeilijk te regelen op het eiland, dus zijn we zelf maar op zoek gegaan naar de flora en fauna van de onderwaterwereld rondom Bunaken. Met onze gehuurde snorkelsets gaan we de zee in. We doen een ochtend- en een middagsessie. In de ochtend was het laagtij en met al dat koraal is het dan lastig het water inkomen. Ook ligt de hele bodem bezaaid met zeesterren in diverse kleuren. Maar na even ploeteren zwemmen we ineens boven een muur van prachtig koraal en de meest bijzondere vissen. Zo'n muur van koraal wordt hier op z'n Engels 'Wall' genoemd. Duik- en snorkeluitstapjes worden naar verschillende 'walls' georganiseerd. Duikers dalen nog dieper de diept in langs deze walls van koraal en zien dus nog meer verschillende vissen en andere zeedieren.
Nu snappen we ook waarom dit dé plek van Indonesië is om te duiken en te snorkelen. Zo mooi hebben we het nog niet gezien! We zien hier vissen die we voorheen nog niet hadden gezien. En vissen die op eerdere plekken bijzonder waren, spotten we hier meerdere malen. Al gauw ziet Matthijs de eerste schilpad zwemmen. Het is mooi om te zien hoe zij zich rustig onder water voortbeweegt. En zoals eerder genoemd bleef het niet bij deze ene schilpad. In de ochtend zouden we er zes spotten.
Omdat we al verschillende snorkeltochtjes hebben gedaan weten we elkaar met afgesproken gebaren het één en ander aan te wijzen. Denk hierbij aan de clownvis, een vis die zichzelf opblaast, een vis met een grijs luipaardprintje en een dikke kop, een trompetvis en Matthijs zijn nieuwe favoriet: de 'zebra-luipaard-vis'. Dit is een horizontaal zwart-wit gestreepte vis met zwartgestipte gele vinnen.
Na de lunch, die wederom erg goed was, nemen we even lekker de tijd om uit te buiken. Later in de middag hebben we onze snorkelmaskers weer opgezet en zwemmen ditmaal de andere kant uit. Nog steeds is het zicht adembenemend, maar helaas is er tussen alle vissen ook veel afval te zien en is het water een beetje troebel, waarschijnlijk omdat het inmiddels hoogtij was geworden.
Desalniettemin hebben we zeker geen spijt van ons uitstapje naar Bunaken. Meer dan de moeite waard!

Met de boot vertrekken we morgenvroeg om 8:30 uur met de boot terug naar Manado. Dan pakken we een bemo naar de wasserette waar we onze - hopelijk - schone kleren moeten ophalen. Vervolgens pakken we een taxi naar het vliegveld van Manado en vliegen we met Lion Air naar Makassar. De dag daarop pakken we de boot naar Flores! Daar moeten we alleen eerst nog wel een kaartje voor zien te bemachtigen...

23 juni
Au! Dat doet zeer! Lisette stond rechtop in een anderhalve meter diepe put, haar hoofd stak net boven het trottoir uit. Maar hoe was zij daar terecht gekomen?

De dag begon niet anders dan andere reisdagen. Om 7:00 uur stonden we op, raapten onze spullen bij elkaar en deden ze in onze lege tassen. We hadden onze was immers achtergelaten bij een laundry in Manado. Het ontbijt bestond weer uit toast met hagelslag (wat Lisette echt niet erg vind) en fruit. We drinken hier, zoals gebruikelijk, een kopje thee bij. Geen koffie, want die is hier nergens echt goed. In Indonesië drinken ze doorgaan oploskoffie, dat betekent heet water met koffie smaak en een dikke drap onderop.
De boot naar Manado vertrekt, ook zoals gebruikelijk, een uur later dan gepland en we arriveren om circa 10:30 uur in de haven van Manado. De haven is te ranzig voor woorden, net als de rest van de stad. Een beetje middeleeuws doet het haventje aan. De huizen zijn met de achterkant naar het water gesitueerd en achter deze huizen is een kleine smalle kade van nog geen meter breed. Tussen de huizen zijn kleine marktkraampjes waar ze vooral groente en fruit verkopen. Je kunt 'de haven' alleen bereiken door je over de smalle paadjes tussen de kraampjes en de huizen te begeven. Het is daar dringen geblazen, want iedereen wil als eerste op en van de boot. Achter de huizen verbinden kleine trappetjes de kades van verschillende hoogten. Vanaf het water lijkt het een betonnen wand met verschillende richeltjes. Er ligt overal afval en het stinkt ook enorm. Soms zit er op een betonnen richeltje of trapje iemand te vissen...

Wat Manado dan weer wel heel erg leuk maakt, is al de muziek op straat. Uit winkels en huizen komt vrolijke Indonesische muziek. Soms verspreiden een paar boxen die gewoon op straat staan hun klanken door de straten. Voor een winkel of een huis, achter een soort draaitafel, zitten dan een paar mannetjes gewoon plaatjes te draaien en heel de straat mag meegenieten. Ook de blauwe bemo's - die vaak opgepimpt en met allerlei kleuren leer van binnen bekleed zijn - beschikken over goede geluidsinstallaties. De bemo's zijn 's avonds ook verlicht. Het lijken wel een soort 'disco-busjes'! Overdag kiezen de scholieren vaak de bemo waar de muziek het hardst aan staat. Op sommige plekken ziet het letterlijk blauw van de bemo's op straat (alle bemo's zijn lichtblauw). Als er dan een paar disco-bemo's dicht bij elkaar voor een stoplicht staan te wachten en toevallig staat er daar ook een stereo-installatie op straat, dan zorgt de mix van verschillende nummers voor een oorverdovende herrie. Maar hier kijkt niemand daar van op.

Een bemo, taxi, vliegtuig en shuttlebus later komen we weer aan in het centrum van Makassar. Precies op dezelfde plek als waar we zo'n drie weken geleden ook uitstapten. Op de kaart hadden we het kantoor van Pelni gevonden. Deze maatschappij verzorgt de oversteek naar andere eilanden met de ferry, hier moesten we dus een kaartje kopen voor de boot die we morgen wilden nemen naar het eiland Flores. Nu moesten we er voor zorgen dit kantoor snel te vinden, het was immers al bijna donker. Al snel zagen we een groot gebouw opdoemen met op weerszijde heel groot de naam van het bedrijf. Het was gesloten en zou ook morgen niet haar deuren openen. Het bedrijf had een nieuw kantoor een klein stukje terug.

Een paar honderd meter terug zagen we een veel kleiner gebouwtje met een op het hek een bord 'Pelni' gespijkerd. We hadden het gevonden! Het was alleen dicht en morgen zou het ook dicht zijn, dan was het zondag. Hoe moesten we nu aan een ticket voor de Pelni-ferry zien te komen? We dachten na over wat nu te doen en we overlegden even. Matthijs keek voor zich uit toen hij in zijn rechterooghoek in een flits iets zag wegschieten. Het was Lisette die in een gat in het trottoir wegzakte! Haar onderlichaam was niet meer te zien. Ze gilde het uit. Lisette leek in haar backpack te hangen die op de rand van het gat balanceerde, evenals haar armen die op die zelfde rand steunden. Haar hoofd en armen waren het enige dat nog boven de stoeptegels uitkwamen.
In Indonesië zijn stoepen niet meer dan betonplaten die boven een soort riool zijn neergelegd. De wegen en 'stoepen' (en wat ook nog meer) zijn slecht onderhouden en het is vaak zigzaggen om de diepe gaten en putten die in de loop der jaren zijn ontstaan. Soms liggen er planken, stenen of iets anders wat men voorhanden heeft om de gaten te dichten.
Enfin, Lisette stond daar dus, met tranen in haar ogen, rechtop in zo een riool. Tot haar geluk was dit een 'schoon' riool; geen afval, stromend water en het stonk niet. Het had dus nog erger gekund. Ook had ze geluk dat ze redelijk terecht kwam; ze kon er staan en de put had een vlakke ondergrond. Niks gebroken of gescheurd. Ze kwam met de schrik vrij en het enige wat ze - naast haar trauma - heeft overgehouden, is een pijnlijke bil die wel flink blauw zal worden (en dat bleek achteraf). Tijdens haar val viel ze namelijk eerst met haar bil om de rand van het gat en hierna schoof ze zo door, dieper in de put.
Matthijs trok haar al snel uit de put en er kwamen ook een paar Indonesiërs aan die haar angstkreten waarschijnlijk gehoord hadden. Op zo'n moment zie je de rest van de vakantie aan je voorbij schieten. Met een gipsvlucht naar huis, gelukkig mocht dat niet zo zijn en maakt ze het - op haar pijnlijke blauwe bil na - heel goed:)

Één van de zojuist toegesnelde inwoners van Makassar had een becak (fietstaxi) en voor 30.000 roepia (± €1,90) bracht hij ons naar een kantoortje in de haven waar we nog een ticket voor de boot konden kopen. Eind goed, al goed.

In een kleine warung aten we nog wat en daarna gingen we vroeg slapen. Morgen om 10:00 uur moeten we fris en fruitig klaar staan voor vertrek met de boot naar Labuan Bajo!

25 augustus
Pfff! Weer een nieuwe belevenis en weer een herinnering om nooit te vergeten! Zoals gezegd vertrok de boot om 10:00 uur, 10:30 uur Indonesische tijd dus. Om 8:45 uur stonden wij al bij de ingang van de haven, we waren dus - zoals ons werd verzocht - ruim op tijd. Het was nog lekker rustig op de boot en zodoende konden we een goed matrasje uitzoeken waar we de komende 28 uur op zouden doorbrengen. We hadden het goedkoopste ticket geboekt, wat betekent dat je met heel veel mensen in één grote ruimte van matrassen verblijft. Tegen de tijd dat we zouden vertrekken was de boot, de Sirimau, toch helemaal volgestroomd en waren zo goed als alle matrasjes bezet. Daar wij de enige blanken aan boord waren, zorgde dat voor nogal wat ogen die op ons gericht waren.
Het eerste gedeelte van de reis verloopt voorspoedig. We hangen wat buiten op het dek, lezen wat, spelen een spelletje patience op de telefoon en slapen ook een paar uurtjes. Even valt de boot stil en valt de elektriciteit uit, maar gelukkig duurt dit maar twee minuten. Voor iedereen aan boord zijn dit soort momenten vrij normaal, toch schrikken wij er wel even van.
In het midden van de nacht (3:00 uur!) worden we wederom wakker, we zijn namelijk in Bima (Sumbawa) waar de boot ook een stop maakt. En wat daar gebeurde hebben we nog nooit eerder meegemaakt.
De ruimte waar we op matjes lagen is te vergelijken met een oude gymzaal, alleen dan met een verlaagd plafond. Matthijs kon er net in staan. De bankjes lijken op die uit een oude kleedkamer en de zitjes zijn groter dan in zo'n kleedkamer zodat de matjes met leren bekleding er op passen. Er liggen acht matjes naast elkaar, in tien rijen. Boven het hoofdeinde zijn rekken waar kleine bagage in terecht kan. De grote ruimte met verlaagd plafond is geheel van metaal, zo als een laadruim van een schip er hoort uit te zien. Vier laadruimtes per dek, zeven dekken in totaal. En overal liggen, hangen en staan mensen. Op de trappen, in de gangen, op het buitendek, overal. De kakkerlakken voelen zich er wél thuis (waar je ook kijkt, je ziet minimaal twee kleintjes lopen).

Bam! Met een klap gaat een toegangsdeur open. Nog geen vijf meter van ons vandaan, tussen andere matjes in, valt het maanlicht naar binnen. Zodra de deuren van de boot opengaan komen er mensen met gele hesjes naar binnen gestormd met dozen en tassen op hun schouders. Het zijn de porters die de spullen van hun 'klanten' naar binnen sjouwen. Er wordt gevochten om matrasjes en er ontstaat één grote chaos. Honderden mensen stromen de boot op en verplaatsen zich in de nauwe paadjes van het schip. Tussendoor lopen tientallen porters het schip op en af om zo veel mogelijk spullen te sjouwen, hier krijgen ze namelijk geld voor. Ondertussen zijn er ook nog mensen die het schip af moeten, omdat Bima hun eindstation is. En dit alles moet door dezelfde deur en over dezelfde trap van en naar de kade. Met open mond kijken wij zwijgend toe. Een man met een fluitje probeert alles nog in goede banen te coördineren, maar het is een hopeloze zaak. Je moet er niet aan denken dat er op zo'n moment iets zou gebeuren... Drie uur lang gaat dit tafereel door en er lijkt geen eind aan te komen. Er is lang niet genoeg plek voor iedereen.
In de mensenmassa bevinden zich ook kinderen en ouderen. De meeste kleine kinderen gillen het uit van angst en zijn bang voor alle hectiek. Er worden mensen plat gedrukt en overlopen, achter ons ligt een meisje op een matje dat onwel is geworden. Er lopen mensen met hele kleine babytjes. En elke keer als iemand die een tas op zijn schouder draagt een tl-balk raakt, hoor en zie je een elektrische schok.
Nu zitten er ook mensen aan het voeteneind van onze matrasjes. Ze zijn gewoon op onze voeten gaan zitten en hebben zich er zo weten tussen te wurmen dat ze toch een zitplekje hebben.

Maandagmorgen om 7:00 uur varen we eindelijk de haven van Bima uit richting Labuan Bajo, onze eindbestemming, en is de 'rust' een klein beetje teruggekeerd.
Om 14:00 uur komen we hier aan, helemaal volgens de planning. Om te voorkomen dat we straks in het gedrang komen op onze weg naar buiten gaan we vast bij de uitgang staan. We zijn voorbereid op het ergste na wat we vannacht hebben meegemaakt. Gelukkig ging het hier er iets gestructueerde aan toe. Één uitgang en één ingang, apart van elkaar. Iets overzichtelijker, maar nog steeds choatisch. Wanneer we zonder kleerscheuren buiten staan moeten we even bijkomen. We draaien ons om en kijken naar de boot waar we zojuist nog op stonden. Het ziet zwart van de mensen en er zijn zelfs passagiers die in de reddingsboten die aan het schip hangen een plekje hebben gevonden. Wat zijn we blij dat we er zijn! We vinden snel een kamer die ons uitzicht biedt op de haven en dus ook op de Sirimau. Ook hier gaat het schouwspel nog drie uur door, voordat zij koers zet naar haar volgende bestemming.

Inmiddels hebben we een excursie geboekt naar de Komodo-eilanden. Morgen om 8:00 uur gaan we voor twee dagen de hord op en hopen dan natuurlijk de enorme Komodovaranen te mogen aanschouwen. Nu maar hopen dat ze zich laten zien!

Selamat tinggal

Lisette en Matthijs

  • 27 Augustus 2014 - 18:48

    Ria Abcouwer:

    Beste lisette en matthijs,

    Weer een spannend verslag.Jullie kunnen wel een boek over jullie reis schrijven.Het is steeds weer leuk om het te lezen.En wat beleven jullie veel.Fijn dat jullie je visum uiteindelijk hebben kunnen bemachtigen.
    Geniet nog de komende tijd . Groetjes

  • 27 Augustus 2014 - 19:33

    Wendy:

    Klinkt super allemaal! Have fun!

  • 27 Augustus 2014 - 20:30

    Karlijn:

    Lieve Matthijs en Lisette,

    Wat een leuk verslag! Kopje thee erbij en de avond is gevuld met jullie lange verslagen:)
    Deze is wel erg spannend!! Iets minder spanning mag voor het thuisfront ook wel;)
    Fijn dat jullie je visum hebben kunnen verlengen en geniet van jullie reis!

    Liefs van ons!

  • 28 Augustus 2014 - 17:53

    Oma:

    Lieve Matthijs en Lisette ,ik heb jullie belevenissen weer gelezen ,wat een angstige verhalen Wat zal Lisette geschrokken zijn, en wat een chaotische toestanden op die boot,ik hoop dat de laatste weekjess wat leuker zijn.ik blijf jullie volgen, maar wel thuis in mijn eigen stoel want het is reuze leuk om te lezen.en neem er ook alle tijd voor.lieve kinderen nog een fijne tijd samen geniet er van want het i s wel een hele bijzondere reis die jullie maken.heel veel liefs van oma xxxx

  • 29 Augustus 2014 - 07:10

    Lejolans:

    Was weer leuk om te lezen,
    Matthijs en Lisette
    Nu nog genieten van de laatste weekjes
    Lejo

  • 29 Augustus 2014 - 15:47

    Ines:

    Wow Lisette en Matthijs, wat een top-verhaal!

  • 29 Augustus 2014 - 17:00

    Rene Kapteijn:

    Leuk hè zo'n tripje met een ferry in Indonesië, je kijkt je ogen uit. Ik heb nog niet gehoord/gelezen over de horde verkopers die daar nog tussendoor laveert met alles wat je maar niet wilt hebben en waar je dus continu neen tegen moet roepen.
    Doe de Komodo varanen de groeten van ons en pas maar een beetje met ze op want ze bijten echt.

    Selamat Jalan

  • 30 Augustus 2014 - 01:55

    Lisette En Matthijs:

    Hallo allemaal,

    Bedankt voor al jullie reacties!

    We zitten nu in Bajawa en vrijdag vliegen we naar Singapore! We hebben het nog uitstekend naar ons zin, alleen is het einde helaas al wel in zicht!
    Ines, de rest van je reactie hebben we alleen per mail gehad! Onze was hebben we ook wel eens schoner terug gehad. Lisette haar hele bil is nu nog steeds donkerblauw! Hoe waren de laatste dagen op Bali?
    En ja Rene, tussen al die mensen en in alle drukte lopen er ook nog vele verkopers rond met van alles en nog wat te koop!
    De komodo varaan hebben we de groeten gedaan, je krijgt de groeten terug;)

    Groetjes Lisette en Matthijs

  • 30 Augustus 2014 - 08:35

    Kees En Dita:

    Lieve Matthijs en Lisette,

    Wat een spannend verslag weer en wat een mooie en soms angstige belevenissen. We zijn blij dat het met Lisette zo goed afgelopen is. Ga lekker van jullie laatste weekjes genieten!

    Liefs van papa en mama

  • 31 Augustus 2014 - 22:42

    Ria Janssen:

    Hoi Lisette en Matthijs,
    wat een spannende en mooie verslagen van jullie geweldige trip.
    Jullie maken wel van alles mee.
    Ik wens jullie nog een paar leuke weken toe,
    veel plezier en een goede reis,

    Groetjes Ria Janssen

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Matthijs en Lisette

Actief sinds 29 Mei 2014
Verslag gelezen: 478
Totaal aantal bezoekers 14437

Voorgaande reizen:

27 November 2019 - 29 April 2020

Rondreis Zuid-Amerika

22 Juni 2014 - 21 September 2014

Rondreis Indonesië

Landen bezocht: